Hoe vertrouwen van de directie voor vertrouwen bij medewerkers zorgt

‘Na mijn sollicitatiegesprek wist ik al meer over AFAS dan over het bedrijf waar ik toen nog werkte. Ze vertelden me bijvoorbeeld dat er een structuurverandering aan zat te komen, en dat Bas en Arnold het stokje van hun vaders zouden overnemen. Dat zegt direct wat over de cultuur van het bedrijf.’ Bertine van Roozelaar begon haar carrière bij een accountantskantoor, maar werkt inmiddels al twaalf jaar bij AFAS Software. En met plezier – mede door die openheid.

Open en benaderbaar

Bertine kwam uit de accountancywereld, dus was het logisch dat ze begon op de afdeling support voor accountancy. Nu is ze support manager voor accountancy en overheidsinstanties. De openheid uit het eerste contact zag ze ook later terug: ‘Medewerkers komen hier niet snel voor verrassingen te staan, omdat zaken vanuit de directie snel gedeeld worden. Toen de grond voor het nieuwe gebouw was gekocht, kregen we dat vrijwel direct te horen.’

‘En dan wordt ook om onze mening en suggesties voor de nieuwbouw gevraagd. Maar ook ongevraagd kan je met ideeën bij de directie aankloppen. We krijgen elk jaar 1000 euro om naar eigen inzicht te besteden aan eigen ontwikkeling. De gewoonte was om voor een training of iets dergelijks verlof op te nemen. Een nieuwe collega in mijn team vertelde dat ze dat jammer vond, want zij gebruikte haar verlofdagen liever om op reis te gaan. Zij is bij Bas binnengelopen en inmiddels is deze regel aangepast.’

Betrokkenheid en vertrouwen

Toen Bertine bij AFAS begon, werkten er 180 mensen, nu is dat meer dan het dubbele. Toch blijft volgens haar de betrokkenheid onder collega’s groot: ‘Op mijn afdeling werken we vijf dagen per week intensief samen, dus praat je snel over persoonlijke, ook minder leuke, dingen. En leef je met elkaar mee. Daar is ruimte voor doordat de directie dat ook doet. Toen de man van een collega van ons erg ziek was, vertelde Piet daar geëmotioneerd over op de vrijdagmiddagborrel. Dat vond ik erg mooi, dat iemand uit de raad van bestuur nog steeds zo betrokken is bij collega’s. Zo wil ik als manager ook betrokken zijn bij collega’s op mijn afdeling.’

‘En ik kan ook iets dóén met mijn betrokkenheid. Stel dat het bij iemand in mijn team thuis niet helemaal lekker gaat, dan maak ik een plan om diegene daarmee te helpen. Ik doe dit met goede intenties voor die medewerker, maar ook voor het bedrijf. Daarom word ik niet teruggefloten of overruled door mijn leidinggevende. Door dat vertrouwen van de directie, kan ik ook vertrouwen geven aan mijn collega’s. Ik weet namelijk dat AFAS achter mij staat.’